Nee, dat mag de politie niet. De advocaat-generaal, de officier van justitie of de hulp officier van justitie dient op grond van artikel 9 Opiumwet en artikel 3 Algemene wet op het binnentreden een machtiging af te geven om het binnentreden van een woning (zonder toestemming van de bewoner) te rechtvaardigen. Slechts in enkele uitzonderlijke gevallen is deze machtiging niet vereist (artikel 2 Algemene wet op het binnentreden).
Een machtiging dient aan bepaalde eisen te voldoen en kan alleen worden afgeven indien er een redelijk vermoeden van schuld aanwezig is. Uit dit redelijk vermoeden van schuld moet af te leiden zijn dat de bewoner de Opiumwet mogelijk overtreedt. Of er sprake is van een redelijk vermoeden van schuld in uw zaak, zal een van de advocaten bij Kennemer Advocaten tijdens een bespreking aan u uitleggen. Dit kan onder andere al het geval zijn bij anonieme meldingen in combinatie met net-en/of warmtemetingen, een hennepgeur en andere concrete feiten of omstandigheden. Let op, een machtiging tot binnentreden betekent niet dat uw woning mag worden doorzocht. Hier bestaan aparte regelingen voor.
Waarom heeft de politie precies een machtiging nodig om binnen te treden? Zij mogen simpelweg niet binnentreden in uw woning zonder voldoende verdenking. Het belang van dit voorschrift ligt gelegen in de bescherming van de rechten en vrijheden van de individuele burger die erop moet kunnen rekenen dat hij/zij niet zonder een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit en/of redelijk vermoeden van de aanwezigheid van drugs, wordt onderworpen aan een strafrechtelijk onderzoek en aan de toepassing van strafrechtelijke dwangmiddelen.
Indien achteraf blijkt dat de machtiging tot binnentreden onterecht is afgegeven doordat er bijvoorbeeld geen redelijk of onvoldoende vermoeden van schuld aanwezig was, kan de rechtbank die uw strafzaak behandelt hier rekening mee houden. Zo kan er strafvermindering worden toegepast, kan het (door het onrechtmatig binnentreden) verkregen bewijs van het bewijs worden uitgesloten (dit kan leiden tot een vrijspraak) of het Openbaar Ministerie kan niet-ontvankelijk worden verklaard. De rechtbank dient wel rekening te houden met het belang dat het geschonden voorschrift dient, de ernst van het verzuim (het onrechtmatig binnentreden) en het nadeel dat daardoor wordt veroorzaakt.
Wij adviseren u om in dit soort zaken zo spoedig als mogelijk contact op te nemen met een van onze advocaten, zodat wij uw zaak door kunnen nemen en de processtrategie met u kunnen bepalen.